Tien misverstanden over de ggz

10-05-2013 13:35

Als dit een sprookje was, zou het zo moeten beginnen: “Er was eens een land waarin iedereen de waarheid vertelde, waarin er geen misverstanden bestonden over feiten en cijfers”. Om mijn bijdrage aan zo’n land te leveren, zal ik tien misverstanden over de ggz ontkrachten.

1. De kosten van de ggz zijn geëxplodeerd

Om het grootste misverstand maar meteen de wereld uit te helpen: dit klopt niet. Recent onderzoek van zowel het Trimbos, CBS als de NZa laat zien dat de kosten van de ggz in het jaar 2000 zo’n 2,6 miljard euro bedroegen. Tien jaar later, in 2010, was dat 5,4 miljard euro. De kosten zijn dus flink gestegen, maar dat gold ook voor de kosten van bijvoorbeeld de ziekenhuiszorg in dezelfde periode: van 11 miljard naar bijna 23 miljard euro. De stijging van de ggz is verklaarbaar: het overheidsbeleid was er in het begin van deze eeuw op gericht om de wachtlijsten weg te werken en de toegankelijkheid van de geestelijke gezondheidszorg te vergroten. Beide is grotendeels geslaagd. Overigens liet het RIVM onlangs zien dat door een goede marktwerking, de kosten van behandelingen in de ggz gedaald zijn.

2. De ggz is een black box

‘Wat er allemaal gebeurt in de ggz, ik weet het niet.’ Ik hoor dit nog steeds te vaak. En dat terwijl de ggz de meest transparante sector in de zorg is. Met Routine Outcome Monitoring en klantervaringen (CQI) wordt actief gewerkt aan het in kaart brengen van best practices en krijgen patiënten, behandelaars én verzekeraars inzicht in behandelmethodes. Hierin loopt de ggz-sector voorop in vergelijking met andere zorgsectoren.

3. Behandeling van alcoholverslaving helpt niet

Het merendeel van de verslaafden lukt het gelukkig wel om van hun drankverslaving af te komen en/of kan weer normaal functioneren. Kijk bijvoorbeeld naar het succes van anonieme internetbehandeling Alcoholdebaas.nl. Die bereikt niet alleen groepen die reguliere zorg mijden, maar onderzoek liet ook zien dat bijna tweederde van de gebruikers van deze site na de behandeling binnen de grenzen van ‘laagrisico drinken’ viel.

4. Jeugd-ggz is dure zorg

De jeugd-ggz werkt voornamelijk ambulant en kortdurend. Hierdoor is het een relatief goedkope vorm van zorg. Dit stelde ook Rotterdam in recent onderzoek naar zorggebruik en zorgkosten in de stad: “Er kan geconstateerd worden dat de belangrijkste vorm van zorg wat betreft aantallen cliënten de jeugd-ggz is, met ruim 7.000 jeugdigen. Tegelijkertijd lijkt dit een relatief goedkope vorm van zorg, met gemiddelde kosten van een ambulant ggz-traject van 2.350 euro. Dat is veel minder dan een traject in de jeugdzorg gemiddeld kost.

5. Begeleid wonen kan best zelfstandig

Laat ik het voorbeeld geven van Kees (52). Hij heeft een persoonlijkheidsstoornis met antisociale en ontwijkende trekken. Daarnaast heeft hij diabetes. Kees vindt het moeilijk om verantwoordelijkheden te nemen als het gaat om het innemen van medicijnen, gezond eten, alcohol gebruik en genoeg bewegen. Hij was dakloos en heeft al vijf keer in het ziekenhuis gelegen vanwege een te hoge bloedsuikerwaarde. In een Regionale Instelling Begeleid Wonen krijgt Kees begeleiding en wordt hij gemotiveerd zijn administratie te regelen en sociale leven op te bouwen. Als de 24-uurs begeleiding stopt, wordt Kees vrijwel zeker weer dakloos en raakt hij opnieuw ontregeld. Hoezo kan best zelfstandig?

6. Iedereen kan zelf een kliniek beginnen

Ineens was Nederland een verslavingskliniek rijker. Eerder dit jaar zag GGZ Bontiusplaats het licht. De redactie van de Volkskrant liet zien dat het kinderlijk eenvoudig is om een kliniek te stichten. Toezicht op inhoud van de zorg ontbreekt. Het misverstand is dat dit niet exclusief een probleem is voor verslavingsklinieken. Ook andersoortige klinieken, zoals een cosmetische kliniek, kunnen zo eenvoudig gestart worden. Dit is het gevolg van het overheidsbeleid om toetreding tot de markt laagdrempelig te maken. Overigens vindt GGZ Nederland het ongewenst dat dit kan en pleit voor een level playing field in contracten om dit soort excessen te voorkomen.

7.Tbs helpt niet

Behandeling van geesteszieke criminelen is één van de pijlers van ons justitiële systeem. De tbs-maatregel is daar een onderdeel van. Iemand die een terbeschikkingstelling krijgt opgelegd, gaat minder vaak in de fout, dan iemand die geen behandeling nodig had. Het recidivecijfer bij tbs’ers is in verhouding laag, 20,9 procent komt binnen 2 jaar opnieuw in aanraking met justitie. Bij ex-gedetineerden is dat 49,3 procent.

8. Mensen die in een ggz instelling belanden zijn eng

Mensen worden niet voor niets in de ggz behandeld. Ze zijn er terecht gekomen na een doorverwijzing van bijvoorbeeld een huisarts. Het gaat om meer mensen dan je denkt: ieder jaar worden er een miljoen mensen in Nederland behandeld. 42,7 procent van de inwoners van Nederland heeft ooit te maken gehad of heeft te maken met psychische klachten in welke vorm dan ook, zowel zware, chronische als lichte klachten. In de top tien van ziekten met de grootste ziektelast in Nederland, zijn vier van de tien ziekten te scharen onder psychische stoornissen: angststoornissen, depressie, alcoholverslaving en dementie. Is dat eng? Het zijn onze vrienden, familieleden of u en ik.

9. Verkleining van het basispakket is een goede bezuiniging

Het lijkt misschien tegenstrijdig, maar een breed basispakket (inclusief ggz) is voordeliger dan een klein pakket. Gezondheidseconoom Marc Pomp heeft dit onlangs op het congres van GGZ Nederland toegelicht. Allereerst zorgt een breed basispakket ervoor dat iedereen zorg krijgt, als mensen zich aanvullend moeten verzekeren is de kans groter dat men zorg gaat mijden omdat je er niet voor verzekerd bent. En een tijdige behandeling is economisch altijd voordeliger dan te laat ingrijpen. Hoewel de meerderheid van de Nederlanders (noodgedwongen) een aanvullende verzekering heeft, is het financieel niet slim meer zorg in het aanvullend pakket te plaatsen. Overstappen is namelijk moeilijker als het om aanvullende pakketten gaat. Mensen kunnen geweigerd worden, de markt is ondoorzichter en het is voordeliger om zowel basispolis als aanvullend pakket bij dezelfde verzekeraar af te sluiten. Gevolg: de concurrentie tussen zorgverzekeraars neemt af en de premie voor de basispolis stijgt.

10. Het is niet leuk om in de ggz te werken

Als directeur van de branchevereniging mag ik misschien wel het meest blij zijn dat ik dit misverstand naar het rijk der fabelen kan verwijzen: de medewerkerstevredenheid in de ggz is juist heel erg hoog. Ondanks de forse bezuinigingen blijkt de algemene tevredenheid van medewerkers niet af te nemen, integendeel zelfs. De algemene tevredenheid van medewerkers in de sector wordt volgens onderzoek door Effectory gewaardeerd met een 7,4! Ik hoop dat we dit ondanks de moeilijke tijd zo kunnen houden en zelfs nog meer kunnen verbeteren.

Paul van Rooij is Directeur van GGZ Nederland