Reportage

Mali ziet naar Europa vluchtende inwoners vooral als melkkoe

01-06-2015 16:28

BAMAKO-MALI – Malinezen zoeken om economische reden hun heil in Europa. ‘Het zijn gelukzoekers, geen politieke vluchtelingen,’ meldt het ministerie van Buitenlandse Zaken in Bamako. In zijn kantoor in ‘La cité administrative’, het regeringscentrum van de hoofdstad Bamako, nuanceert ambtenaar Burklei Keta de dramatische woorden van PvdA-eurocommissaris Frans Timmermans over bootvluchtelingen van enkele weken geleden: “People are dying. We cannot remain silent.” Zo’n 200.000 Malinese migranten hebben de laatste jaren hun heil elders gezocht, waarvan velen in Europa middels de beruchte route over de Middellandse Zee, weet de dertiger casual gekleed in een wit overhemd in een kantoor bezaaid met kranten. “Op een boot springen raden wij af, maar het blijft hun keuze.”

Schatting: 300 doden

Harde cijfers over het aantal omgekomen inwoners van dit West-Afrikaanse land op weg naar Europa bestaan niet. Keta schat zelf zo’n 300 doden het afgelopen jaar. Bekend is dat bij de grote scheepsramp half april, toen een schip met zo’n 900 mensen aan boord zonk, 184 Malinezen aan boord waren.

Met name zwarte Malinezen, woonachtig in het zuiden, reizen naar Libië en bestellen aan de kust middels mensensmokkelaars een enkeltje Europa. De noordelijke Berbers, Toearegs met name, ondernemen de reis nauwelijks. Je zou dat verwachten omdat er een oorlog gaande is tussen moslim-extremisten, de regering en gewapende opstandelingen. Tienduizenden zijn ontheemd. Maar volgens bewoners van de regio prefereren ze een provisorische tent boven de gevaren als omkomen van de dorst en beroving wanneer ze de Sahara doorkruisen. Niemand geeft politieke vervolging op als reden voor de tocht. Ambtenaar Keta: “Integendeel.” Mali kent zoals veel landen in de regio een functionerend democratisch staatssysteem. Uitspraken van premier Rutte in de Tweede Kamer dat bootvluchtelingen uit Libië met name op de vlucht zijn voor oorlogsgeweld worden in Mali weggewuifd.

Mandaat

De Noordelijke stad Gao, waar ruim 400 Nederlandse troepen zijn gelegerd, vormt een belangrijke doorvoerhaven. Jonge Afrikanen, herkenbaar aan de kleine rugzak en westerse kleren komen hier per bus aan en reizen vervolgens in pick-up’s en vrachtwagens door naar het noorden.

De Malinees Boubou Sow, (28) reisde naar buurland Niger en door naar Algerije. “De weg was erg slecht, er was geen water en steeds vroegen mensen om je geld. Mijn plan was om per boot over te steken. Maar ik werd bang. Mijn familie zei; ‘Je bent al in Algerije, dat is bijna Europa, neem het risico’.” Hij keerde terug naar Mali. “Ik zal het werk doen wat ik altijd deed. Een kalf kopen, opfokken en als ie groot is verkopen in Senegal.”

De Malinees Boubou Sidibe (32) moet de tocht nog maken en wilt zijn droom ‘op wat voor manier dan ook’ waarmaken. “Het is geluk, je moet het proberen. In Europa zijn witte mensen die nemen je onder je hoede en op het einde van de week heb je een werkvergunning. Ik ken veel mensen die met de boot zijn gegaan en hebben nu werk in een restaurant of beveiliging. Als Malinees kun je naar Gabon en Equatoriaal-Guinea gaan voor werk, maar daar kom je ook moeilijk binnen.”

300 miljoen euro

Ondanks de drama’s van drijvende lijken die ook in Mali op de tv-journaals worden getoond, is zijn regering niet van plan gelukzoekers te stoppen, zegt ambtenaar Keta. Aan preventie wordt nauwelijks iets gedaan. “Er is een nieuwe wet in de maak die migratie van kinderen onder de achttien jaar verbiedt. En verder willen we sensibiliseren, de mensen bewust maken van de gevaren.”

Migranten zorgen voor een welkome geldstroom naar het moederland. De gelukzoekers maken iedere maand 300 tot 400 euro over naar de familie en steunen de bouw van scholen en hospitalen omdat de regering daarvoor het geld niet heeft. Recente cijfers zijn niet voorhanden maar in 2012 bedroeg het totale bedrag meer dan 300 miljoen euro. “We weten alleen de van bank-naar-bank-transacties. Het werkelijke bedrag ligt waarschijnlijk veel hoger.”

Meer waarheid lezen? TPO-oorlogsverslaggever Arnold Karskens bezocht Mali en kwam terug met het volgende artikel: Waarom Nederland de oorlog in Mali niet zal winnen.