Bladen

Zondagbonusquote: Het Journalistieke Drama

28-12-2014 14:35

“Voor de creatieve industrie in het algemeen, werk in de media in het bijzonder en specifiek voor de journalistiek geldt, dat deze beroepen de afgelopen twintig jaar steeds minder toegankelijk zijn geworden. Vroeger waren dit al tamelijk exclusieve vormen van arbeid – tot aan het begin van de jaren negentig van de twintigste eeuw waren dit allemaal sectoren gedomineerd door witte mannen (voor de journalistiek, zie hiervoor de studie “Voor zover plaats aan de perstafel” uit 1986). Dat veranderde daarna: er kwam meer ruimte voor vrouwen en later zelfs voor allochtone journalisten (zie mijn eigen onderzoek onder allochtone journalisten uit 2002). Door een samenloop van omstandigheden – technologische innovatie, economische achteruitgang, een defensieve managementcultuur en de opkomst van masteropleidingen als alternatief voor de journalistieke beroepsscholen – is deze progressie tot een halt gekomen. De groei van vrouwen en minderheden is gestagneerd. Vaste banen zijn nagenoeg verdwenen uit het vak.

Dit alles gaat gepaard met stijgende kosten om tot het vak door te dringen: een HBO is wel het minste – voor banen bij de landelijke kwaliteitsmedia is een universitaire opleiding in de praktijk vereist. Studiefinanciering is daarbij steevast omlaag gegaan (de basisbeurs is minder dan 300 Euro per maand), is ingekort en wordt omgezet in een lening. Verreweg de meeste nieuwkomers in het vak beginnen als freelancer c.q. zelfstandige journalist. Voor hen zijn de tarieven de afgelopen tien jaar structureel gedaald (in de fotojournalistiek zijn de tarieven gehalveerd). Bijna de helft van de Nederlandse freelancers is afhankelijk van het inkomen van een partner en 60% verdient onder het minimumloon. Op redacties worden nog wel mensen aangenomen, maar steeds vaker gaat het hierbij om tijdelijke constructies in de zin van werkervaringsplaatsen en verlengde stages tegen vergoedingen van gemiddeld 375 Euro per maand. Deze ontwikkelingen zijn niet uniek voor de journalistiek, noch voor Nederland. In Amerika, waar ik tot voor kort werkte, krijgen de meeste studenten en nieuwkomers in de journalistiek helemaal niet betaald voor stages – terwijl een stageplaats toch echt nagenoeg de enige manier is om het beroep binnen te treden.

Door dit soort ontwikkelingen wordt de journalistiek steeds minder toegankelijk voor iedereen – in feite wordt het hierdoor een speelveld van een gegoede klasse – zij, die het zich kunnen veroorloven om jarenlang of zelfs voor het grootste deel van hun loopbaan onder of rondom het minimumloon te werken; zij, die zich als jongere kunnen handhaven met inkomst van een paar honderd Euro per maand (en daarbij veelal wonend en werkend in de grootste en daardoor duurste steden omdat daar de belangrijkste nieuwsmedia gevestigd zijn).”

 

Naar aanleiding van het ineenstorten der leesmappen en kaartenhuizen die Nederlandse ‘kwaliteitsjournalistiek’ heten, schreef Mark Deuze, hoogleraar Journalistiek & Nieuwe Media aan de UvA, een kort essay in NRC Handelsblad getiteld Journalistiek is speelveld van de gegoede klasse. Hierop ontving hij veel reacties (positieve en negatieve) dus besloot hij een en ander uiteen te zetten op zijn persoonlijke Blogspotje, inclusief het artikel in kwestie. Dat zouden meer mensen moeten doen!