De Raad voor de Kinderbescherming ziet geen enkele reden om in te grijpen in het gezin van Azzedine Choucoud, alias Abu Moussa. Hij is volgens de politie het kopstuk van een organisatie die Syriëgangers ronselt. De Raad ziet de ouders echter als capabele opvoeders, schrijft het AD.
De politie meldde in juni dat C. van plan zou zijn naar Syrië te vertrekken en mogelijk zijn ex-vrouw en drie zoontjes (9, 5 en 3 jaar oud) wilde meenemen. Om een vertrek te voorkomen besloot de burgemeester hun paspoorten te ‘schorsen’. De Raad onderzocht onder meer de omstandigheden waarin de kinderen opgroeien.
Volgens politiemensen zou de agressieve C. zijn zoontjes vergiftigen met radicaalislamitische, antiwesterse en gewelddadige gedachten. De thuisomstandigheden van de kinderen zijn echter in orde, concludeert de Raad. Mogelijk hebben agenten zelfs feiten verdraaid om de Kinderbescherming te overtuigen van het tegendeel.
Somber beeld
In vier processen-verbaal die bij de Raad binnen kwamen, schetsten politiemensen een somber beeld over de leefsituatie van de jongetjes. Azzedine zou hen vergiftigen met radicaal-islamitische, anti-westerse en gewelddadige gedachten. Ook zou hij zich in het bijzijn van zijn zoons agressief gedragen tegenover agenten en zouden zijn kinderen nooit buiten mogen spelen. Uit gesprekken die de raadsonderzoekers voerden met Azzedine, zijn ex-vrouw én de kinderen blijkt echter op geen enkele manier dat de drie jongetjes worden opgevoed met het jihadistisch gedachtegoed. Ook medewerkers van de islamitische basisschool die de kinderen bezoeken merken hier niets van.
Verdrietig
Volgens de onderzoekers is er maar één ding waar ze zich zorgen om maken. In augustus zijn Azzedine en zijn huidige vrouw Iman door de politie aangehouden. Zij is inmiddels weer op vrije voeten, Choucoud zit vast op de terrorisme-afdeling van de gevangenis in Vught. De kinderen hebben hun vader niet meer gezien. “Ze missen hem en zijn daarom verdrietig,” aldus de onderzoekers. “Er is aandacht nodig voor de gevolgen hiervan voor de kinderen.”
